In zijn uitspraak van 21 maart 2013 heeft de voorzieningenrechter te Den Haag bepaald dat het bestuur van de Sophia Stichting te Hillegom juist heeft gehandeld door het jongetje dat eerder wegens sexueel grensoverschrijdend gedrag van school was gestuurd weer tot het onderwijs toe te laten. De voorzieningenrechter heeft daartoe overwogen dat het bestuur van de school in beginsel beleidsvrijheid heeft bij zijn beslissingen over het toelaten van leerlingen en dat de rechter dergelijke beslissingen met terughoudendheid moet toetsen. In dit geval heeft het bestuur van de school zorgvuldig gehandeld, gelet op de behandeling die het jongetje inmiddels heeft ondergaan en de maatregelen die het bestuur heeft ondernomen om te zorgen voor een veilig klimaat van de andere kinderen. De "bijzondere zorgplicht" die de school heeft jegens de andere kinderen is door de school in dit geval dus niet geschonden. De argumenten van de ouders voor het tegendeel zijn alle door de rechter verworpen. Volgens de rechter levert de aanwezigheid van het jongetje niet meer risico op dan bij andere kinderen het geval is en zijn er ook geen redenen om hem in het speciaal onderwijs te plaatsen.
De ouders van het jongetje werden bijgestaan door Suzanne van Thoor van de praktijkgroep onderwijs van Pot Jonker Advocaten. De school werd bijgestaan door mr J. Schutter te Almere.
De uitspraak is inmiddels gepubliceerd op www.rechtspraak.nl (LJN: BZ4830).
Geen opmerkingen:
Een reactie posten